De herrijzenis van bedrijven een lage concurrentiekwaliteit

Het jaar 2016 kan tot dusver gekarakteriseerd worden als de herrijzenis van de Europese bedrijven van lagere kwaliteit. Want bedrijven met een gering of geen concurrentievoordeel deden het afgelopen maanden beter dan kwalitatief hoger aangeschreven bedrijven.

Fernando Luque 12 mei, 2016 | 9:18
Facebook Twitter LinkedIn

In de eerste vier maanden van 2015, januari tot en met april, hebben de bedrijven die in de analyse van Morningstar geen concurrentievoordeel hebben (no moat) een rendement in euro’s behaald van 0,6%, waar de bedrijven met enig voordeel (narrow moat) een verlies leden van 1,8% en de bedrijven met een groot concurrentievoordeel (wide moat) zelfs 5,9% verloren.

Meer uitleg over Morningstar's begrip economic moat vindt u in deze video.

No moat wint ook in april
Bekijken we alleen april, dan blijkt dat alle drie de typen bedrijven weer op winst staan, maar ook dan presteren de bedrijven met no moat het best. Zij halen een gemiddeld maandrendement (gewogen naar marktkapitalisatie) van 5%, waar bedrijven met een wide moat niet verder komen dan 1,2%.

De opmars van de no moat bedrijven ligt in lijn met bijvoorbeeld de best presterende ETF’s die Morningstar eerder op een rijtje heeft gezet: grondstoffen en energie. Bedrijven als UPM-Kymmene Oyj en Vallourec en energiereuzen zoals Total of Transocean herstelden sterk van hun eerdere verliezen.

Wide moat scoort beter op lange termijn
Echter, kijken we naar de lange termijn, dan blijkt dat wide moat aandelen het beter doen dan aandelen met no moat.

Quality Uncertainty2 April 2016

(klik op tabel voor vergroting)

Maar welke zijn binnen het Europese universum nu eigenlijk de bedrijven met een groot concurrentievoordeel? Van de bijna 250 Europese bedrijven dat onze aandelenanalisten volgen, hebben er 32 een groot concurrentievoordeel. Het interessante is dat deze 32 zich verspreid zijn over allerlei sectoren en categorieën, zo blijkt uit onderstaande tabel:

Wide Moat Europe

(klik op tabel voor vergroting)

Kijken we naar de factor onzekerheid, dan zien we dat in april de Europese bedrijven met een hoge mate van onzekerheid hun eveknieën met lage onzekerheid verslagen hebben: 2,8% rendement tegen 1,5%. Verleggen we de horizon echter naar de afgelopen 12 maanden, dan ontstaat een heel ander beeld, namelijk precies het tegenovergestelde: lage onzekerheid won 2,6% tegen een verlies van maar liefst 13,1% voor de bedrijven met hoge onzekerheid.

Op basis van de huidige waarderingen van ieder marktsegment op de Europese markten zijn bedrijven met een groot concurrentievoordeel duidelijk het aantrekkelijkst met een koers/winstverhouding van 0,92, vergeleken met 0,95 en 1,10 voor respectievelijk narrow moat en no moat.

Quality Uncertainty1 April 2016

(klik op tabel voor vergroting)

Lees meer over het Morningstar-begrip 'economic moat':

- Fondsen met slotgrachten

- Hoge kwaliteit of laag risico. Welke is belangrijker?

Facebook Twitter LinkedIn

Over de auteur

Fernando Luque

Fernando Luque  es el Senior Financial Editor de www.morningstar.es

© Copyright 2024 Morningstar, Inc. Alle rechten voorbehouden.

Voorwaarden        Privacybeleid        Cookie Settings        Beleidsdocumenten