Fonds van de Week: Man GLG Japan CoreAlpha

Op opzeggen van vrijhandelsverdrag TPP door de Verenigde Staten raakt Japan. Daarom bekijken we deze week een Japan-fonds: Man GLG Japan CoreAlpha, waar Morningstar een sterke overtuiging op heeft.

Robert van den Oever 26 januari, 2017 | 9:04
Facebook Twitter LinkedIn

Man GLG Japan CoreAlpha in het kort

Morningstar Analyst Rating: Gold
Morningstar Rating: ***
Beheerteam: Positive
Fondshuis: Neutral
Beleggingsproces: Positive
Rendement: Positive
Kosten: Neutral

Man GLG Japan CoreAlpha

Alles staat deze week in het teken van de eerste besluiten van Donald Trump als president van de Verenigde Staten. Een van zijn eerste daden was een streep zetten door het vrijhandelverdrag Trans-Pacific Partnership (TPP). Dit raakt landen in Azië en in het bijzonder Japan. Onduidelijk is nog wat dit voor gevolgen heeft voor de Japanse economie, maar voor Morningstar is het reden om deze week te kijken naar een beleggingsfonds dat zich richt op Japan.

Dit fonds is dankzij het stabiele, ervaren team en het heel consequente proces nog steeds een van de favoriete keuzes in de Morningstar-categorie Aandelen Japan Large-Cap, stelt Morningstar-analist Peter Brunt. Het fonds wordt beheerd door een ervaren team. De drie fondsbeheerders hebben samen meer dan 20 jaar beleggingservaring, vooral op het gebied van Japanse aandelen.

De beheerders hanteren een streng, herhaalbaar proces dat is gebaseerd op een tegendraadse filosofie en op hun uitgebreide kennis van de Japanse markt. Van de grootste 300 beursgenoteerde bedrijven in Japan trachten ze diegene te identificeren die ten opzichte van rivalen ondergewaardeerd lijken. Hun voorkeur gaat uit naar kwaliteitsbedrijven met een dominante positie in hun sector en een sterk management, maar de waardering is doorgaans doorslaggevend.

Door de duidelijke focus op waarde, de langetermijnhorizon en de agnostische houding tegenover de benchmark, kan de portefeuille vaak sterk afwijken van categoriegenoten en de Topix-index. Beleggers moeten dan ook rekening houden met schommelende resultaten. Sinds 2006 waren de prestaties van de strategie te danken aan aanzienlijke actieve posities en een voorkeur voor waarde large-caps. Ondanks de bijzonder sterke rendementen op lange termijn zijn er ook zwakkere periodes geweest, zoals in 2011.

Het fonds combineert een ervaren managementteam met een goed ingeburgerd proces dat de langetermijnbeleggers zal belonen, oordeelt analist Brunt. Daarom behoudt hij voor dit fonds de Morningstar Analyst Rating 'Gold'.

Uitgebreide toelichting

Fvd W week 4 Man GLG Japan Core Alpha grafiek vrijstaand

(klik op grafiek voor vergroting)

Beheerteam
Het team achter dit fonds is een van de meest ervaren teams uit de sector. Stephen Harker en Neil Edwards beheren de in het Verenigd Koninkrijk gevestigde versie van dit fonds sinds januari 2006, en zij werden begin 2011 versterkt door de komst van Jeffrey Atherton. Het trio kan bogen op een gemiddelde ervaring van meer dan twintig jaar.

Harker is al sinds 1983 actief op het gebied van Japanse aandelen, toen hij tien jaar lang Prudential Japanese Trust beheerde. Vervolgens beheerde hij tien jaar lang kapitaal van particuliere cliënten bij TCW London International (in 2001 overgenomen door SGAM). Hij keerde in 2006 terug naar de retail met de oprichting van de Japan CoreAlpha-franchise bij SGAM, die in 2009 door GLG werd overgenomen.

Edwards trad in februari 2005 in dienst bij Harker en zijn 20 jaar ervaring kunnen bijna gelijk worden verdeeld over het beheer van geld belegd in Britse en Japanse aandelen. Atherton, die nog eens 20 jaar ervaring in Japanse aandelen aan het team toevoegt, maakte deel uit van het team van Harker bij TCW.

Het trio maakt optimaal gebruik van een stevig verankerd netwerk van lokale contacten en van de expertise van een externe consultant, Robert Brooke. De beheerders lijken beide uitstekend aan te wenden. De aanwerving van de jongere Adrian Edwards in juni 2014 zorgt voor extra ondersteuning aan het team en helpt het gevaar tegen te gaan dat alles te veel zou aankomen op een slutelfiguur.

Fondshuis
Tot de overname van SGAM in april 2009 stond GLG vooral bekend vanwege zijn hedgefondsstrategieën. Met SGAM versterkte het ook zijn long-only activiteiten. GLG werd in het vierde kwartaal van 2010 overgenomen door MAN Group. Hierdoor werd het distributienetwerk van GLG aanzienlijk versterkt, in het bijzonder in Azië. Voor MAN betekende de overname een verbeterd productassortiment.

Wij zijn over het algemeen positief over de ervaring en de omvang van de het team van GLG en over de op samenwerking en transparantie gebaseerde beleggingscultuur. Deze samenwerking wordt vergemakkelijkt door de innovatieve IT- en handelsplatformen van GLG. Bij GLG is de beloning van fondsbeheerders gebaseerd op de fondsperformance over een periode van 12 maanden. Indien er een prestatievergoeding wordt berekend, krijgen zij daar een deel van.

Doorgaans zijn wij positief over fondsen met een prestatievergoedingstructuur; naar onze mening helpt dit om de belangen van de beheerders af te stemmen op die van de beleggers. Wij geven er echter de voorkeur aan dat het prestatiedeel van de bonus een langere periode bestrijkt, aangezien fondsbeleggers voor de lange termijn beleggen. De TER van de aandelenfondsen die van SGAM zijn overgenomen, stemt overeen met het gemiddelde van de desbetreffende categorieën. De verstrekte fondsinformatie gaat ruimschoots uit boven hetgeen vereist is, met maandelijkse portefeuilleoverzichten, tussentijdse verslagen voor afzonderlijke fondsen en een eenvoudig toegankelijke, informatieve website.

Proces
De beheerders streven op lange termijn naar een beter rendement dan de Topix TR-benchmark, via een tegendraadse, op waarde gerichte benadering toegespitst op Japanse large-caps. Ze hanteren een relatieve-waardebenadering en concentreren zich op de grootste 300 aandelen uit de Topix.

Eerst wordt door middel van verschillende kwantitatieve filters getracht om prijsafwijkingen vast te stellen. In aanmerking genomen factoren zijn onder meer koersboekwaarde en dividendrendement over meerdere cycli in verhouding tot de markt, concurrenten en sectorgemiddelde. De beheerders voeren vervolgens een kwalitatieve beoordeling uit van kennelijk aantrekkelijke aandelen om de redenen voor hun korting te achterhalen. Idealiter verkiezen ze kwaliteitsbedrijven met een dominante sectorpositie en een sterk management, maar uiteindelijk is het niveau van de prijsafwijking bepalend voor de beleggingsbeslissing.

De lange ervaring van het trio is een duidelijk voordeel, gezien het geringe verloop onder leidende bedrijven in Japan, en het heeft hen bewust gemaakt van hun persoonlijke sterke en zwakke punten en geloofwaardigheid. De beheerders streven ernaar volledig belegd te blijven, wat gunstig is voor hun verkoopdiscipline. Ze beoordelen voortdurend de verwachte waarde in hun huidige participaties versus nieuwe ideeën en nemen winst op hun winnaars om nieuwe aankopen te financieren. De beheerders dekken hun valutarisico niet af.

Prestaties
De beheerders hebben voor deze strategie een sterk en langdurig trackrecord ontwikkeld. De in het VK gevestigde tegenhanger van deze strategie (deze Ierse versie bestaat pas sinds begin 2010) presteert tussen januari 2006 (toen de beheerders het fonds overnamen) en eind november 2016 moeiteloos beter dan de Topix-benchmark en het categoriegemiddelde.

Gezien het bottom-upproces was de aandelenselectie dan ook verantwoordelijk voor de langdurige outperformance. Deze sterke relatieve prestaties werden wel verwezenlijkt met enige volatiliteit ten opzichte van categoriegenoten. Elk kalenderjaar tussen 2006 en 2010 heeft het in het VK gevestigde fonds het ruim beter gedaan dan het categoriegemiddelde (met dubbele cijfers in 2008 en 2009) en het is ook elk jaar in het beste kwartiel geëindigd. Het fonds heeft in 2011 en 2012 wel minder dan gemiddeld gepresteerd. De Britse en Ierse versies van de strategie vertonen vergelijkbare rendementskenmerken.

Over drie en vijf jaar is de strategie volatieler dan de benchmark, maar gezien de waardevoorkeur van het fonds is dat te verwachten. Sinds 2011 hebben large-cap waardeaandelen in Japan het vooral minder goed gedaan, zodat de stijl tegenwind heeft gekregen. 2015 was een beter jaar voor de beleggingsstijl: in de tweede helft van 2016 was er een marktrotatie van groei naar waarde en behaalde het fonds sterke prestaties tot eind november.

Lees meer

Bekijk voor meer informatie de overzichtspagina van Man GLG Japan CoreAlpha I EUR Acc. Daar vindt u onder andere het fondsrapport over dit fonds.

Bekijk ook deze beleggingsfondsen in de Morningstar categorie Aandelen Japan Large-Cap, die voorzien zijn van een Morningstar Analyst Rating, afgezet tegen de categorie benchmark:

Fvd W week 4 Man GLG Japan Core Alpha tabel vrijstaand

(klik op tabel voor vergroting)

Bekijk ook eerdere Fondsen van de Week:

- Pimco GIS Euro Bond Fund

NN Duurzaam Aandelen Fonds

Robeco Emerging Stars Equities

Facebook Twitter LinkedIn

Over de auteur

Robert van den Oever  Robert van den Oever is research editor bij Morningstar in Amsterdam

© Copyright 2024 Morningstar, Inc. Alle rechten voorbehouden.

Voorwaarden        Privacybeleid        Cookie Settings        Beleidsdocumenten