MSCI Emerging Markets

"...hoe beïnvloedt de index het rendement van een fondsbeheerder...."

Pieter Bailleul 31 mei, 2011 | 15:05
Facebook Twitter LinkedIn

Wat mij altijd opvalt is dat de maatstaf voor succes bij individuele beleggers zeer sterk afwijkt van de maatstaf van succes van beleggingsadviseurs, bankiers en fondsbeheerders. In beleggingsland gebruiken we namelijk een andere maatstaf: de index. Een index zoals de Bel 20, is niet meer en niet minder dan een mandje beleggingen. Voor beleggers, en met name fondsbeheerders is dit de referentie wanneer beoordeeld wordt of ze goed of slecht gepresteerd hebben.

Maar hoe beïnvloed de index het rendement van een fondsbeheerder? Een fondsbeheerder beschouwt de index als referentie. Als hij op dezelfde manier belegt als de index, zal hij hetzelfde rendement behalen. Een fondsmanager wil echter goed betaald worden. Over het algemeen liggen de kosten op anderhalf tot twee procent. Dat betekent dat een fondsbeheerder die op dezelfde manier belegt als de index na kosten, 2% minder rendement aan de beleggers biedt. Een belegger is op dat moment beter af met ETF of tracker die doorgaans een stuk goedkoper geprijsd zijn dan traditionele beleggingsfondsen.

Over welke indices gaat het? Voor Amerikaanse markten hebben we de S&P en de Nasdaq, in België kijken we naar de Bel20 voor een portefeuille met Belgische aandelen, in Nederland naar de AEX en voor Europese aandelen kijken we naar de Eurostoxx 50 of de MSCI Europe. Voor opkomende markten kijken we naar de MSCI Emerging Markets


Index: MSCI Emerging Markets

De MSCI Index voor Emerging Markets bestaat uit aandelen van 800 ondernemingen uit 21 landen. Elk van deze landen wordt gekarakteriseerd door een zekere achterstand in de economische ontwikkeling, maar waarvan een snelle, maar ook onstabiele economische groei verwacht wordt. Die groei wordt gemeten op basis van het bruto binnenlands product per inwoner. Deze landen zijn volop in een groeifase richting moderne industriestaten. 

Algemene kenmerken van deze landen zijn een sterke economische groei, stevige verbetering van de levensstandaard, een toenemende alfabetisering en een groot aandeel van de industriële productie in de globale export. Deze landen zijn in een economisch proces om problemen zoals armoede, slechte infrastructuur en overpopulatie op te lossen.

De belangrijkste vier landen worden aangeduid als BRIC: Brazilië, Rusland, India en China. Daarnaast zijn er nog 17 andere landen, die zowel in Afrika, Zuid-Amerika, Oost-Europa als Azië vallen. Europese beleggers zijn vaak aangetrokken door de Oost-Europese opkomende markten. Daar zijn de belangrijkste Rusland, Turkije, Polen, Hongarije en de Tsjechische Republiek. Tot slot zijn er nog landen die als “frontier markets” of “next 11” worden benoemd, het zijn de landen die vandaag staan waar de opkomende markten tien jaar geleden stonden.

 

Pros en cons van opkomende markten

Zoals eerder aangehaald zijn opkomende markten niet zonder risico’s. De lage lonen en het goede muntbeleid van vele van de opkomende landen zorgt ervoor dat deze landen erg succesvol zijn met de export van hun goederen. Die export zorgt voor vers geld in de economie en zorgt er stilaan maar zeker voor dat de inwoners van de opkomende landen het beter krijgen. Zij kunnen meer spenderen en steeds vaker zien we ondernemingen als Louis Vuillton of Hermes jaarcijfers publiceren die zonder een land als China ondenkbaar zouden geweest zijn. Ook Coca-Cola haalt al ruim 30% van haar omzet uit opkomende markten.

Aan de negatieve zijde zagen we recent de stijgende druk op de lage lonen. Ondernemingen als General Motors, Honda en Motorola leden hieronder. Verder blijven politieke instabiliteit in landen als Egypte (en ook eerder in Turkije en Rusland) en fraude in vele landen nog belangrijke risicofactoren.

Zo zagen we recent dat binnen de Chinese administratie er bronnen zijn die de economische data vervroegd vrijlaten waardoor vreemde patronen ontstaan op de aandelenmarkten. De Chinese overheid heeft daarom de tijd tussen de productie en publicatie van de inflatiecijfers sterk verkort en het aantal personen die toegang hebben tot deze data tot een minimum beperkt.

   

Moeilijk verhandelbare beleggingen

Tot slot is er voor fondsmanagers en iedereen die belegt in opkomende markten één heel groot gevaar: trading. In het midden van de kredietcrisis sloot de aandelenmarkt van Moskou gedurende een volledige week. Dat was het gevolg van de sterkste dalen op de Russische aandelenmarkt sinds de crisis van 1998 waarin Rusland failliet ging. Dit soort acties zijn het resultaat van een nog onvolwassen markt waarin soms een tekort aan kopers kan ontstaan. Dit heet een liquiditeitsprobleem op de markten. Moskou was niet de enige markt. Ook in Turkije ging de beurs van Istanbul dicht en in verschillende Oost-Europese landen – traditioneel probleemloze landen – kregen fondsbeheerders en individuele beleggers af te rekenen met onverkoopbare aandelen.Heel wat fondsbeheerders namen hun toevlucht tot secundaire markten zoals Londen en New York waar een groot gedeelte van de aandelen uit opkomende markten een dubbele notering kent, maar voor sommige aandelen waren er helemaal geen alternatieven en bleven beleggers zitten met hun aandelen.

Facebook Twitter LinkedIn

Over de auteur

Pieter Bailleul

Pieter Bailleul  is Marketing Manager for Morningstar Benelux

© Copyright 2024 Morningstar, Inc. Alle rechten voorbehouden.

Voorwaarden        Privacybeleid        Cookie Settings        Beleidsdocumenten