Rolls-Royce Holdings, dat onder andere vliegtuigmotoren produceert voor grote toestellen als de Boeing 787 Dreamliner en voor straalvliegtuigen, worstelde al ver vóór de coronacrisis met zijn winstgevendheid. De ellende begon door problemen met Rolls-Royce’s fameuze Trent 1000-motoren, de rond de 6.000 kilo wegende turbomotoren, die ervoor zorgen dat Dreamliners kunnen vliegen. Overmatige slijtage aan de motoren door al na korte tijd barstende turbinebladen hielden de Boeings aan de grond. Die problemen spelen al sinds 2016 en is nog steeds niet opgelost.
Daar bovenop kwam dit jaar het verpletterende effect van de coronapandemie op de commerciële luchtvaart. Daardoor staat Rolls-Royce er nu nog veel slechter voor dan zeven maanden geleden. Begin september voorzag Morningstar-analist Joachim Kotze al dat Rolls-Royce Holdings een kapitaalinjectie nodig had van 4 miljard pond vanwege ernstige liquiditeitsproblemen.
Dat wordt nog een miljard pond meer, zo bleek afgelopen donderdag. Op 1 oktober kondigde Rolls-Royce Holdings aan dat het 5 miljard pond (omgerekend zo’n 5,5 miljard euro) aan vers kapitaal wil ophalen. Twee miljard daarvan wil Rolls-Royce bij elkaar krijgen door nieuwe aandelen uit te geven en nog eens drie miljard pond door nieuwe leningen aan te gaan. Op deze manier hoopt de vliegtuigmotorenfabrikant zijn financiële positie te versterken en een positieve kasstroom te genereren.