Belangrijkste bevindingen
• Beleggen in woningen voor verhuur is onaantrekkelijk geworden
• Beleggers verkopen waardoor aanbod goedkope woningen stijgt
• Stijging van de huizenprijzen vermindert en hypotheekrente daalt
Beleggers in huurwoningen zijn aan het verkopen
De woningmarkt in Nederland is sterk in beweging gekomen door de effecten van nieuwe belastingwetgeving voor woningeigenaren en beleggers die panden bezitten om te verhuren. Dit maakt het minder interessant voor zowel particuliere als professionele beleggers, maar het betekent goed nieuws voor starters die een huis willen kopen.
Nieuwe regels voor verhuur die de maandelijkse huurprijzen omlaag drukken (de Wet Betaalbare Huur) en hogere belastingen op de huuropbrengsten voor woningeigenaren die vorig jaar van kracht zijn geworden, plus alsmaar stijgende onderhoudskosten, hebben het minder interessant gemaakt voor beleggers om te investeren in woningen voor verhuur.
Velen hebben om deze reden besloten om hun panden te verkopen, waardoor er veel woningen in het goedkopere segment van kleinere eengezinswoningen en appartementen in steden op de markt zijn gekomen.
Een kans voor starters op de woningmarkt?
Dit zogeheten uitponden van woningen door beleggers biedt een kans voor starters om een woning te bemachtigen nadat ze lange tijd tegengehouden werden door een krap woningaanbod en hoge rente waardoor een hypotheek onbereikbaar werd.
Nu de rente daalt en het aanbod in het voor hen geschikte segment plotseling flink is toegenomen, grijpen ze hun kans. “Starters profiteren van deze verkoopgolf”, zegt Sander Burgers, econoom voor de Nederlandse woningmarkt bij ING Research. “Het gaat echt om de woningen die bij deze groep populair zijn.”
Dat effect is nu in volle hevigheid gaande en is duidelijk terug te zien in het aantal transacties. Het Kadaster registreerde in april 21% meer transacties dan een jaar geleden. Gemeten over de eerste vier maanden van 2025 is dat 17%.
Stijging van de huizenprijzen neemt af
Dat laat onverlet dat woningen gemiddeld genomen nog altijd duurder worden. Uit de jongste cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat de huizenprijzen in Nederland in april met 10,2% zijn gestegen ten opzichte van april 2024. Wel neemt de stijging op jaarbasis per maand lichtjes af, zo blijkt uit onderstaande grafiek op basis van de CBS-cijfers:
Uitponden heeft groot effect op woningmarkt
Makelaarsvereniging NVM, wiens leden zo’n driekwart van alle woningverkopen in Nederland voor hun rekening nemen, ziet de effecten van het uitponden in de afgelopen maanden doorwerken in de vastgoedmarkt. De vereniging stelt vast dat 1 op de 5 verkochte woning een voormalige huurwoning is, waarvan tweederde een appartement betreft. In de vier grote steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht is dat 2 op de 5, aldus de NVM.
Omdat dit doorgaans eenvoudigere en kleinere woningen zijn, is de gemiddelde transactieprijs in het eerste kwartaal gedaald met 1,8% naar € 473.000, volgens de NVM-cijfers. De gemiddelde transactieprijs van uitgeponde woningen is volgens de makelaarsvereniging € 404.000 en die heben dus een drukkend effect op het algemene prijsniveau. De gemiddelde transactieprijs zonder de uitpondwoningen mee te tellen is € 482.000, wat betekent dat de uitpondingen een neerwaarts effect van 1,9% hebben op het algemene prijsniveau, aldus de berekeningen van de NVM.
Ook was er in het eerste kwartaal een duidelijk meetbaar effect op het aanbod, want de NVM-cijfers tonen een stijging van 15% in het aantal aangeboden bestaande koopwoningen, waarbij het aandeel appartementen op het totaal sterk toeneemt; van minder dan 20% van het toaal vijf jaar geleden naar 33% in het eerste kwartaal van 2025.
Eigenaren die hun panden willen verkopen, hebben die beslissing in veel gevallen inmiddels genomen, maar huurcontracten die zijn gesloten voordat de nieuwe Wet Betaalbare Huur inging op 1 juli 2024, moeten nog worden uitgediend, zegt ING-econoom Burgers. “De hoeveelheid verkopen zal minder gaan worden, maar het effect zal nog tot midden 2026 merkbaar zijn. Wat er daarna gebeurt is lastig te voorspellen.”
Lenen bereikbaarder door dalende hypotheekrente
Intussen daalt de hypotheekrente. Aan het einde van 2023 zijn de hypotheekrentes op de langer lopende rentevastperiodes gaan dalen, met enige vertraging gevolgd door de variabele rente en de rente korter dan 1 jaar. Dat was het gevolg van hevige concurrentie op de hypothekenmarkt, maar ook spelen de renteverlagingen door de Europese Centrale Bank sinds juni 2024 mee, met name voor de kortere rentevastperioden. In de loop van 2024 en in 2025 tot dusver zet de geleidelijke daling van de hypotheekrente verder door, zoals onderstaande grafiek laat zien, gesegmenteerd naar rentevastperioden:
Ook dat speelt huizenkopers in de kaart, zodat voor starters op de woningmarkt meerdere belangrijke positieve bewegingen samenkomen: een groter aanbod van woningen in het goedkopere segment, dalende prijzen in dat segment, en een lagere hypotheekrente. “Het zijn de juiste woningen en starters betalen voor uitpondwoningen minder dan de gemiddelde starter betaalt voor andere typen woningen”, zegt Burgers. “En veel woningen worden nu ook bereikbaar voor middeninkomens, waar dat eerder niet zo was.”
Vanuit die optiek kan voor nieuwkomers op de huizenmarkt nu de tijd zijn aangebroken om toe te slaan en een begin te maken met waarde-opbouw voor de lange termijn door te investeren in stenen.
De auteur of auteurs hebben geen positie in effecten die in dit artikel genoemd worden. Ontdek meer over Morningstar's redactionele beleid.